Voedingscentrum.nl maakt gebruik van cookies. Waarom? Lees onze uitleg.
Menu
Zoek

Europese voedingscentra ontmoeten elkaar bij WHO

Dr. ir. Gerda Feunekes

Dr. ir. Gerda Feunekes

Oud-directeur Voedingscentrum
15 september 2017
Ik ben net terug van een levendige meeting met Europese voedingscentra, de European Public Health Nutrition Alliance, in Kopenhagen. Op het Europese hoofdkantoor van de Wereldgezondheidsorganisatie (World Health Organization, WHO) ontmoetten de onafhankelijke instituten die in hun land verantwoordelijk zijn voor publiekscommunicatie over voeding elkaar.

Wat mij opviel: de voedingsadviezen in Europa verschillen vrij weinig van elkaar en alle landen zijn hard bezig om het aanbod van voedingsmiddelen te verbeteren, om zo de groei van overgewicht en obesitas te stoppen. 

Hoe begon het allemaal? In 2014 kwamen Duitsland, België (Vlaanderen), Zweden en Nederland voor de eerste keer in Den Haag bij het Voedingscentrum samen. De European Public Health Nutrition Alliance (EPHNA) was een feit. In het begin ging het langzaam. De verantwoordelijkheid voor voedingsvoorlichting ligt in de EU- landen meestal niet bij een onafhankelijk instituut zoals het Voedingscentrum, maar bij een Ministerie, of op een universiteit. We trokken aan de bel bij de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO-EU), die bracht ons in contact met de leidende organisaties per land. Inmiddels zijn we uitgegroeid tot een serieuze groep, met eigen website (www.ephna.eu) en hebben we ons gepresenteerd op internationale congressen. De WHO-EU heeft de EPHNA geadopteerd als belangrijk netwerk en blijft ons ook steunen en uitbreiding faciliteren. Op een voorwaarde: alleen onafhankelijke centra met financiering door de overheid mogen lid zijn. 

Deelnemers aan de 2017 meeting waren trouwe leden als België, Duitsland, Portugal en Nederland. Nieuw waren Denemarken, Griekenland, Letland, Malta, Polen, Bulgarije. Alle deelnemende instituten hebben als taak het informeren en stimuleren van gezond eetgedrag en vertalen de laatste stand van de wetenschap naar praktische adviezen. Bij veel landen is de focus inmiddels gezondheid én duurzaamheid.

Het was een feest der herkenning. De adviezen verschillen betrekkelijk weinig tussen de landen, ook al heeft het ene land  een schijf/bord, de ander een piramide. Ook uitdagingen zijn vergelijkbaar. We bespraken een interessante family based obesitasinterventie in Portugal, waarbij op een leuke manier de hele gemeenschap werkt aan het terugdringen van obesitas en overgewicht bij kinderen.

Denemarken liet zien dat een campagne die lager opgeleide mannen inspireert om hun eetgedrag te verbeteren ook enorm aansloeg bij de rest van de bevolking.  Alle landen zijn bezig met verbeteren van aanbod als belangrijke tool om obesitas te beteugelen.


Succesvolle voedingsvoorlichting uit Denemarken: In een tv-show over afvallen proeven 4 stoere mannen verschillende levensmiddelen en moeten ze aangeven of ze denken dat het gezond ("sundt") is, dus voldoet aan het groene sleutelgat-logo. Als het fout is, krijgen ze een stroomschok. De mannen zijn echte bekendheden geworden.

De Letse overheid is anders dan de rest: het aanbod op scholen wordt met wetgeving vastgelegd (geen automaten in de kantines, energiedranken mogen niet verkocht worden aan kinderen onder de 18 jaar) en daarnaast nudget men de gezonde keuze via hogere belasting op suikerrijke drank en verlaging van belasting op fruit. Er is enig onbegrip bij Letland: waarom kan dit niet overal in EU?

Ons ideaal voor de toekomst? Nog meer eenheid in communicatie over voeding. Gemeenschappelijke basisadviezen. Op basis van de wetenschap is bijvoorbeeld een ‘Five rules of healthy and sustainable eating’  die gelden voor alle landen prima te maken. De implementatie zal een uitdaging zijn, momenteel zijn er soms binnen een land meerdere modellen: Spanje spant de kroon met maar liefst vier voedselpiramides. Zie daar als burger maar eens wijs uit te worden. 

Gerda Feunekes, directeur