Onze directe leefomgeving is helaas bar ongezond. Gemiddeld wonen mensen nog geen 10 minuten lopen van een snackbar vandaan. Fastfoodketens blijven groeien, terwijl de groenteboer uit het straatbeeld verdwijnt. Ongezond eten vlakbij scholen is eerder regel dan uitzondering. Lekker sporten in de buurt? Grote kans dat daarna standaard een kroket op het menu van de sportkantine staat. En zo kunnen we nog wel even doorgaan.
Sommige gemeenten willen daar wat aan doen en maken er serieus werk van. Om hun inwoners een eerlijke kans op een gezond leven te gunnen. Maar veel gemeenten doen nog te weinig. Op vele vlakken kan er een tandje bij. Want als gemeente kan je echt impact maken.
Gemeenten hebben de verantwoordelijkheid om maatregelen op te stellen om bedreigingen voor de gezondheid terug te dringen. Overgewicht is zo’n bedreiging. En de gemeenteraadsverkiezingen komen er weer aan. Dus de tijd om iets te doen is nu.
Een land van verschillen
Iedereen, jong en oud, heeft het recht op de hoogst haalbare gezondheid. Maar toch bestaan in Nederland grote verschillen. Het maakt uit of je arm of rijk bent en hoeveel scholing je hebt gehad. Mensen die na het basisonderwijs of vmbo zijn gestopt met hun opleiding leven 7 jaar korter dan mensen met een hbo- of een universitaire opleiding. Er is dus een fikse gezondheidsachterstand. Dat heeft meerdere oorzaken, maar voeding speelt een grote rol in die verschillen.
De kans op een gezond leven, hangt ook samen met je leefomgeving. En vooral in de wijken waar mensen met een gezondheidsachterstand wonen wordt het aanbod in hoog tempo steeds minder gezond. Terwijl we dondersgoed weten dat het vrijwel onmogelijk is om gezond te eten in een ongezonde eetomgeving.
‘Maar mensen kiezen uiteindelijk zelf toch?’ Nee, dat is een illusie. Verreweg de meeste voedselkeuzes maken we namelijk op de automatische piloot. Al het eten om ons heen beïnvloedt ons sterk. Waar het meeste van ligt en makkelijk te pakken is, kiezen mensen eerder. Soms is er überhaupt geen gezondere keuze voorhanden - probeer dan je goede voornemen maar uit te voeren. Mensen zien het soms als betutteling als eetomgevingen gezonder worden gemaakt. ‘We mogen ook niets meer’ en ‘We kiezen zelf wel wat we eten’. En dat klopt dus niet, de omgeving dwingt juist tot ongezond eten zonder dat je dat door hebt. Vinden we een overweldigend aanbod van ongezonde producten dan geen probleem?
Bovendien: niemand zegt dat alle ongezonde keuzes moeten verdwijnen. Maar de gezondere keuze – en laten we in deze tijden van klimaatcrisis ook zeker de duurzamere keuze niet vergeten – moet gewoon de makkelijke keuze worden.
De gemeente heeft de regie
Uit een scan in opdracht van het Voedingscentrum blijkt dat bij de aankomende gemeenteraadsverkiezingen ongeveer de helft van de partijen iets over gezonde voeding en/of omgeving heeft opgenomen in het partijprogramma. En een kwart iets over duurzame voeding. Het is noodzakelijk dat meer gemeenten een heldere visie en plannen opstellen voor onze leefomgeving. Met daarin als onmisbaar thema voeding.
Uiteraard horen daar ook ambtenaren bij die hier fulltime beschikbaar voor zijn. Niet alleen maar iemand die het er ‘bijdoet’. Bovendien krijgen in de perfecte wereld gemeenten door aanpassingen in de landelijke wetgeving meer instrumenten om hun leefomgeving gezonder en duurzamer te maken. Zo kan je als gemeente nu alleen bepaalde voedselaanbieders weren omdat er bijvoorbeeld overlast als stank, afval en veel verkeer te verwachten is. Het zou beter zijn als dit ook kan op basis van hun aanbod.
Maar veel kan ook wel. Met een bestemmingsplan kunnen gemeenten bijvoorbeeld zorgen voor een afstandseis rondom scholen. Of ze kunnen een maximum zetten op het aantal aanbieders per horeca-categorie. Ook hebben ze invloed op het reclamebeleid. Zo is het mogelijk om vast te leggen dat er in ieder geval geen kindermarketing mag zijn op ongezonde producten in en rond openbare ruimten waar kinderen en jongeren komen.
Verder kunnen gemeenten een gezonde start voor alle jonge inwoners stimuleren, zodat níemand eigenlijk al vanaf de geboorte op achterstand staat. Onder andere door voedseleducatie en gezonde voeding op kinderopvang en scholen. Door logistieke of financiële hulp te bieden. Denk aan subsidie voor schoolfruit of een gezonde schoollunch. En als gemeenten dan ook gelijk de sportkantines meepakken. Bijvoorbeeld gemeenten die zich aan hebben gesloten bij JOGG (Gezonde Jeugd, Gezonde Toekomst) werken hier actief aan.
Is het dan opgelost?
Het zou fantastisch zijn als de gezonde en duurzame gemeente de standaard is. Dat je binnen 10 minuten lopen een groenteboer hebt. Dat je op en rondom school vooral heerlijke gezonde dingen tegenkomt. Dat je iedereen al jong leert hoe je gezond en duurzaam kiest en kookt en ouders daarbij helpt. Dat je na het sporten een volkorentosti krijgt. Maar ook andere omgevingen zijn aan zet. Zoals de supermarkten, want daar kan het veel beter. Nu staat zo’n 80% van het aanbod niet in de Schijf van Vijf. En kan de kantine op je werk gezonder. Net als het station op weg naar werk.
Gelukkig gaan echt steeds meer partijen aan de slag met een gezonder en duurzamer aanbod volgens de Richtlijn Eetomgevingen van het Voedingscentrum. De landelijke overheid heeft plannen met een suikertaks en het afschaffen van btw op groente en fruit. Ook de gemeenten zijn nu aan zet. Hoe mooi zou het zijn dat goed eten de normaalste zaak van de wereld is.