We begrijpen dat een stukje vlees op z’n tijd lekker is. Maar door meer plantaardig en niet te veel vlees te eten, help je mee aan de gezondheid van mens en milieu. Dat zit zo.
Veel vlees eten is heel belastend voor het milieu. Dieren stoten broeikasgassen uit via hun mest, boeren en scheten. Ook is er voor de veehouderij veel land, water en voer nodig. Dat voer komt vaak van ver, zoals soja uit Zuid-Amerika. En voor het verbouwen van veevoer wordt vaak oerwoud gekapt. Het gaat bij de milieubelasting van vlees om die gehele optelsom.
Door minder vlees te eten kun je de klimaatimpact van jouw voedingspatroon flink verlagen. Stel je eet nu volgens de Schijf van Vijf-adviezen het maximum van 500 gram vlees per week. Als je in plaats daarvan 400 gram vlees per week eet dan verlaag je de klimaatimpact van jouw eten al met 5 tot 10%. Vlees kun je goed vervangen door peulvruchten (zoals bruine bonen, kidneybonen, linzen en kikkererwten), ei, tofu, tempé en ongezouten noten.
Ook voor je gezondheid is het goed om minder vlees te eten en vaker te kiezen door bovenstaande vegetarische opties. Vooral als je mindert met rood vlees, zoals rund en varken, en bewerkt vlees, zoals hamburgers, worst en vleeswaren, dan verklein je het risico op ziekten, zoals darmkanker. Eet in ieder geval niet meer dan 500 gram vlees per week, waarvan maximaal 300 gram rood en bewerkt vlees.
Meer weten: