Voedingscentrum.nl maakt gebruik van cookies. Waarom? Lees onze uitleg.
Menu
Zoek

Voedselveiligheid op school

Moet je met handschoenen werken, hoelang kun je iets bewaren en hoe voorkom je dat kinderen broodmessen aflikken? Als je als school een ontbijt of lunch verstrekt is het belangrijk om rekening te houden met hygiënevoorschriften. Op deze pagina vind je informatie over het veilig werken met eten en drinken op school en antwoorden op een aantal praktische vragen.

Wet- en regelgeving voor scholen

Bij het werken met eten of drinken kan iets fout gaan waardoor de veiligheid van het eten of drinken in gevaar kan komen. Producten kunnen bijvoorbeeld besmet raken met ziekteverwekkers. En als producten niet goed worden bewaard, kunnen bacteriën uitgroeien tot aantallen waar de leerlingen ziek van kunnen worden.

Elke organisatie die werkt met eten of drinken, moet daarom voldoen aan wet- en regelgeving die is vastgelegd in de Warenwet. Er moet voedselveilig gewerkt worden en consumenten moeten informatie krijgen over allergenen. Deze regels gelden ook voor scholen. De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) houdt toezicht op de uitvoering van de wet.

Welke hygiënecode geldt voor scholen?

Elke organisatie die werkt met eten of drinken moet een voedselveiligheidsplan hebben: een zogenoemd HACCP-plan. Organisaties of bedrijven kunnen zelf een voedselveiligheidsplan opstellen, of ze kunnen een bestaande en goedgekeurde hygiënecode toepassen. In een hygiënecode is een HACCP-plan vertaald naar praktische werkinstructies. De NVWA controleert of organisaties zich houden aan een voedselveiligheidsplan of goedgekeurde hygiënecode.

Als basisschool kun je gebruik maken van de Hygiënerichtlijn voor basisscholen van het RIVM. Deze richtlijn gaat naast veiligheid van eten en drinken, ook in op het voorkomen van infecties in het algemeen. Daarnaast kun je gebruik maken van de Hygiënecode voor kleine instellingen (zie de downloads op die pagina). Als je de werkinstructies die daarin staan toepast, dan voldoe je aan de wet- en regelgeving en serveer je de schoollunch veilig. Enkele voorbeelden van de werkinstructies zijn:

  • Zorg voor schone kleding
  • Was goed je handen met zeep
  • Maak aanrechtbladen en tafels voor gebruik altijd eerst goed schoon met sop
  • Houd rauwe producten zoals rauw vlees of rauwe groente goed gescheiden van bereide producten

Je kunt bijvoorbeeld de lunchcoördinator verantwoordelijk stellen voor het naleven van deze hygiënevoorschriften.

Handig: 5x veilig eten kaart

Door op school veilig om te gaan met eten en drinken, voorkom je dat leerlingen er ziek van kunnen worden. Hoe? Let goed op bij het inkopen, bereiden en bewaren van eten en drinken. Met de tips van de downloadbare 5x veilig eten kaart beperk je het risico op een voedselinfectie. Hang de kaart op in het zicht en instrueer de medewerkers die meewerken aan het inkopen en bereiden van de schoollunch.

Veel gestelde vragen

Moet je met handschoenen werken?
Nee, dat is niet nodig. En het kan soms juist ook schijnveiligheid geven. Het is belangrijker dat met schone handen gewerkt wordt. Zie ook hoofdstuk 3 van de Hygiënerichtlijnen voor basisscholen van het RIVM.  
sluiten
Hoe voorkomen we dat kinderen de messen aflikken?
Gebruik aparte messen of lepels voor bijvoorbeeld potten jam of kuipjes halvarine. Laat kinderen hiervoor niet hun eigen mes gebruiken. En leg natuurlijk ook uit dat het niet hygiënisch is om je mes af te likken! Je kunt ook kleine hoeveelheden beleg per kind geven, in een apart bakje of op een schoteltje. Eventueel kun je ook gebruik maken van kuipjes halvarine, jam en dergelijke, maar dat is minder duurzaam.  
sluiten
Welke producten mogen we bewaren?

Volg het bewaarvoorschrift van de producten op. Dit staat aangegeven op de verpakking.

Meer tips:  

  • Staat op het product ‘gekoeld bewaren’? Bewaar het dan in de koelkast.  
  • Staat op het product een TGT-datum? Bewaar het dan in de koelkast. 
  • Staat op het product ‘na openen gekoeld bewaren’? Bewaar het na openen in de koelkast.  
  • Staat op het product ‘koel bewaren’? Dan kun je het product het beste bewaren in een koele kelder of voorraadkast. Een temperatuur tussen de 12 °C en 15 °C heeft de voorkeur. 
  • Hou producten die gekoeld bewaard moeten worden zoveel mogelijk gekoeld. Hebben de producten langer dan 30 minuten buiten de koeling gestaan? Zorg dan dat de producten binnen 2 uur opgegeten zijn. Is een product na 2 uur buiten de koeling niet opgegeten? Gooi het dan weg.  

Let op: de TGT- of THT-datum is niet meer geldig als het product opengemaakt is. Kijk voor de houdbaarheid van opengemaakte producten in onze bewaarwijzer

sluiten
Welke informatie over allergenen moet ik geven als school?

Consumenten moeten juiste informatie krijgen over het eten en drinken dat ze kunnen krijgen. Dat staat in de Europese wet Voedselinformatie. Het moet bijvoorbeeld duidelijk aangegeven zijn of in producten allergenen bevatten. Dit zijn eiwitten die bij sommige mensen een allergische reactie kunnen opwekken. Voorbeelden van allergenen zijn ei, vis, pinda, noten, mosterd en melk. Voor een basisschool betekent dit dat leerlingen en ouders over de juiste informatie beschikken over het eten en drinken voordat ze dit kopen of bestellen voor zichzelf of jun kinderen. 

Er zijn 14 allergenen die verplicht op de verpakking van producten moeten staan. Er gelden niet alleen regels voor verpakte producten zoals kant-en-klare broodjes die je bij de winkel of via de leverancier kunt krijgen. Er gelden ook regels als je zelf de broodjes of salades maakt op school. Het moet duidelijk zijn of de producten één of meerdere van de volgende allergenen bevatten:  

  • glutenbevattende granen, zoals tarwe (waaronder spelt en khorasantarwe, voorheen kamut), rogge, gerst en haver
  • schaaldieren
  • ei
  • vis
  • aardnoten, ofwel pinda
  • soja
  • melk, inclusief lactose
  • noten, zoals amandelen, hazelnoten, walnoten, cashewnoten, peccannoten, paranoten, pistachenoten en macadamianoten
  • selderij
  • mosterd
  • sesamzaad
  • zwaveldioxide en sulfieten. Deze stoffen kunnen als conserveermiddel aan producten toegevoegd zijn (E-nummers E220 t/m E228), of ze kunnen van nature aanwezig zijn zoals in gedroogde vruchten, wijn en citroensap. Als er meer dan 10 milligram sulfiet per kilo of 10 milligram per liter in een product zit, dan moet het woord ‘sulfiet’ duidelijk op het etiket staan. 
  • lupine
  • weekdieren
sluiten
Hoe geef je aan welke allergenen er in producten zitten?

Als je eten of drinken aanbiedt dat allergenen bevat, dan moet die informatie altijd beschikbaar zijn. De informatie mag je schriftelijk of mondeling geven, maar moet in ieder geval ook altijd schriftelijk te controleren zijn.
De informatie kun je op verschillende manieren geven. Je kunt bijvoorbeeld wekelijks of maandelijks via het oudercommunicatieportaal communiceren waar de schoollunch de komende week of maand uit bestaat en welke allergenen de producten bevatten. Dit kan aangegeven worden met tekst, of met symbolen.

Voorbeeld van symbolen:  

Geef ook aan waar ouders of verzorgers terecht kunnen als ze vragen hebben over allergenen. Je kunt bijvoorbeeld  deze tekst gebruiken:

“Heeft uw kind een voedselallergie? In de schoollunch kunnen allergenen aanwezig zijn. Heeft u een vraag over de samenstelling van een product? Neem dan contact op met …”.  

Wij raden ook aan om vooraf in kaart te brengen welke leerlingen allergieën of intoleranties hebben. Overleg vervolgens met de ouders of verzorgers of het nodig is een noodplan op te stellen voor het geval een leerling toch in aanraking is gekomen met een allergeen waar hij of zij allergisch op reageert.     

sluiten