Het is verstandig groenten en fruit onder de kraan te wassen voordat je ze opeet. Goed wassen onder stromend water is voldoende. Je spoelt dan het vuil en stof eraf. Het is niet nodig om azijn, citroensap, baking soda, zeep, schoonmaakmiddel of bleekoplossing te gebruiken.
Was ook groenten en fruit die je nog gaat schillen, zoals een komkommer of appel. Ook meloen, die je eerst aansnijdt voordat je de schil eraf haalt of uitlepelt, kun het beste eerst even wassen. Haal eventueel zand eraf met een borstel.
Was ook verse kruiden en kiemgroente voor gebruik. Champignons of andere paddenstoelen kun je het beste schoonmaken met een vochtig keukenpapiertje of een champignonborstel. Doe dit pas vlak voor bereiding.
Wassen is niet nodig voor fruit zoals bananen, sinaasappels en mandarijnen. En kijk bij voorverpakte groente op de verpakking. Als op de verpakking staat dat de groente al is gewassen, zoals bij voorgesneden sla, dan is nogmaals wassen niet nodig.
Kun je bacteriën en virussen van groente en fruit wassen?
Soms kunnen er op groente en fruit ook bacteriën, virussen of parasieten zitten, zoals E. coli, norovirus of Toxoplasma. Deze kunnen bijvoorbeeld via sproeiwater op de gewassen komen. Gelukkig komt dit niet vaak voor. Hoewel je niet altijd alle bacteriën eraf kunt wassen, maak je de kans wel kleiner dat je een voedselinfectie oploopt.
Kan ik bestrijdingsmiddelen van groente en fruit wassen?
Door groente en fruit te wassen verwijder je wel iets van resten bestrijdingsmiddelen, maar niet alle bestrijdingsmiddelen. Sommige middelen trekken bijvoorbeeld door de schil heen of zijn heel goed bestand tegen water. Ze moeten namelijk ook tegen een regenbui kunnen.
Waarom zou je een meloen wassen?
Meloen kun je het beste eerste wassen voordat je deze doorsnijdt en opeet. Reden is dat er bacteriën of virussen op de schil kunnen zitten. Als je bijvoorbeeld de meloen snijdt, kunnen ze via het mes in de meloen terechtkomen. Je kunt dan ziek worden. Gelukkig komt dit niet vaak voor.
Meloen is een vrucht die wat gevoeliger is voor de groei van bacteriën dan veel ander fruit. Dat komt omdat meloen heel zoet is, en veel minder zuur bevat dan bijvoorbeeld appel. Bacteriën zoals salmonella of listeria houden niet van zuur.
Verder liggen meloenen bij de teelt vaak op de grond, waardoor besmetting via de grond en water makkelijker is. Ook is de schil van sommige meloensoorten (zoals de galia- en cantaloupemeloen) ruw, zodat bacteriën er makkelijker in kunnen huisvesten.
Extra opletten voor kwetsbare groepen
Mensen met een kwetsbare gezondheid (zwangeren, jonge kinderen, ouderen en mensen met een verminderde weerstand) lopen sneller een voedselinfectie op. Voor hen is het extra belangrijk om hygiënisch te werken en groente en fruit altijd goed te wassen voor gebruik.