Voedingscentrum.nl maakt gebruik van cookies. Waarom? Lees onze uitleg.
Menu
Zoek
A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W Y Z
Encyclopedie A-Z

Vaccinaties bij dierziekten

Vaccinatie is een veilige en effectieve manier om dieren te beschermen tegen infectieziekten die worden veroorzaakt door virussen, bacteriën, schimmels, wormen en andere parasieten. Vaccinaties zijn bedoeld om te voorkomen dat dieren ziek worden.

Op het moment dat een vaccin bewezen effectief is en zonder gevaar voor mens en dier kan worden toegediend, wordt het gebruik toegelaten. Het vlees, de melk en de eieren van gevaccineerde dieren zijn dus veilig.

Omschrijving

Vaccinatie is een veilige en effectieve manier om dieren te beschermen tegen infectieziekten, veroorzaakt door ziektekiemen. Veel dieren in Nederland worden gevaccineerd, net zoals de mens zich via vaccinatie beschermd tegen bijvoorbeeld mazelen, difterie, tetanus, rode hond, kinkhoest en polio. Gezelschapsdieren zoals honden, katten en paarden kunnen ingeënt worden, maar ook dieren in de landbouw- en veeteeltsector, zoals koeien, varkens, schapen, geiten en kippen.

Hoe werkt een vaccin?

Een vaccin roept een afweerreactie op in het lichaam van het dier. Die afweerreactie bestaat meestal uit het aanmaken van antistoffen, zogenoemde antilichamen, en de productie van speciale afweercellen tegen de ziektekiemen. Een dier komt gedurende zijn leven met allerlei milde ziektekiemen in aanraking en heeft daarom al veel soorten antistoffen en afweercellen in zijn lichaam. Door een vaccin toe te dienen worden er specifieke antistoffen en afweercellen aangemaakt zodat het dier niet of nauwelijks ziek wordt na een besmetting met de betreffende ziektekiem.

Soorten vaccins

Er zijn verschillende soorten vaccins, zoals ‘dode’ en ‘levende’ vaccins. Bij dode vaccins is de ziektekiem gedood en wordt deze geheel of gedeeltelijk in het vaccin verwerkt. Levende vaccins worden gemaakt van ziektekiemen die door een speciale behandeling onschadelijk zijn gemaakt maar zich nog wel kunnen vermeerderen en dus nog een soort van ‘leven’. Door de ziektekiemen zo te veranderen, kunnen ze geen ziekte meer bij het dier veroorzaken, maar nog wel een afweerreactie oproepen. 

Verplichte en vrijwillige vaccinaties

Er is onderscheid tussen verplichte en vrijwillige vaccinaties. Een aantal vaccinaties zijn op dit moment verplicht bij sommige diersoorten namelijk Q-koorts bij schapen en geiten en Newcastle Disease bij pluimvee. In de toekomst zouden dat er meer of andere kunnen worden.

Alle overige vaccinaties zijn geadviseerd of vrijwillig. Vrijwillige vaccinaties worden overgelaten aan de veehouderij zelf. De veehouder maakt zelf een inschatting van het risico voor zijn bedrijf ten opzichte van de kosten voor vaccinatie. De dierenarts geeft hierbij meestal advies onder welke omstandigheden het beter is om het wel te doen.

Ook bepaalde houders van hobbydieren zoals kippen, schapen en geiten kiezen er voor om hun dieren via een vaccinatie te beschermen tegen een bepaalde ziekte. Dat doen ze om te voorkomen dat hun huisdier ziek wordt en ze niet willen dat het nodeloos lijdt. Het is te vergelijken met mensen die hun hond of kat jaarlijks laten vaccineren. 

Noodvaccinaties

Noodvaccinaties zijn eigenlijk gewone vaccinaties die alleen in tijden van nood mogen worden gegeven. Bijvoorbeeld, als de ziekte plotseling weer in Nederland voorkomt. Om dat te begrijpen, moeten we de geschiedenis in. Tot 1988 werden alle oudere runderen tegen mond-en-klauwzeer (MKZ) en alle oudere varkens tegen klassieke varkenspest (KVP) preventief gevaccineerd. Voor MKZ was dat zelfs verplicht. Na die genoemde data werd het preventief vaccineren tegen die ziekten echter verboden. Het verbod werd uitgevaardigd om handelstechnische en economische redenen.

In de beginjaren van het verbod was de enige mogelijkheid om MKZ en KVP te bestrijden het ruimen van de besmette dieren en de dieren rondom de besmettingshaard. Dat is ook in Nederland een aantal keer gebeurd en dat stuitte op steeds meer maatschappelijk verzet. Daarom is besloten om in tijden van nood weer de mogelijkheid te hebben om een noodvaccinatie bij bepaalde diersoorten verplicht voor te schrijven. Dat geldt bij een uitbraak van MKZ, KVP en vogelgriep. 

In Europese regelgeving is opgenomen dat bepaalde dierziekten door de overheid bestreden moeten worden. Deze bestrijding kan plaatsvinden door besmette bedrijven te ruimen. Voor een aantal bestrijdingsplichtige dierziekten is het volgens de regelgeving ook mogelijk om noodvaccinaties verplicht voor te schrijven in de bestrijdingscampagne. Dit heeft als voordeel, dat er minder bedrijven geruimd en dieren gedood hoeven te worden.

Noodvaccinaties mogen volgens Europese richtlijnen worden uitgevoerd voor de bestrijding van:

Gezondheidseffecten

Vaccinaties zijn bedoeld om te voorkomen dat dieren ziek worden.

Na vaccinatie tegen een bepaalde ziekteverwekker, een bacterie of virus, bouwt het gevaccineerde dier immuniteit op door de aanmaak van onder andere antistoffen tegen die ziektekiem. Die antistoffen kunnen voorkómen dat de gevaccineerde ziek wordt als het wordt blootgesteld aan de ziektekiem. Vaccins werken dus preventief, voordat ziekte is opgetreden.

Een antibioticum werkt anders. Dit middel bestrijdt direct de ziekmakende bacteriën. Sommige doden de bacterie, andere antibiotica remmen de groei. Antibiotica worden ingezet als dier of mens al ziek zijn na een besmetting. Tegen virussen en andere ziekteverwekkers werken antibiotica niet.

Veiligheid

Voordat een vaccin op de markt wordt toegelaten wordt het uitgebreid wetenschappelijk getest. Daarbij wordt naar een heleboel zaken gekeken zoals naar de werking, de aanwezigheid van giftige stoffen, de veiligheid en de residuen (overblijvende bestandsdelen) die het in het dier achter laat. Alleen als volstrekt duidelijk is dat aan alle eisen wordt voldaan, wordt het vaccin geregistreerd en mag het worden toegepast. Vaccins die bij dieren worden gebruikt zijn dus veilig.

Op het moment dat een vaccin bewezen effectief is en zonder gevaar voor mens en dier kan worden toegediend, wordt het gebruik toegelaten. Het vlees, de melk en de eieren van gevaccineerde dieren zijn dus veilig.

Etiket

In de winkel kun je niet zien of producten van gevaccineerde dieren afkomstig zijn. Vrijwel alle dieren die bedoeld zijn voor menselijke consumptie zijn in hun leven een of meerdere keren gevaccineerd. Er gelden voor deze vaccins strenge toelatingseisen, zodat ze veilig zijn in het gebruik.

Duurzaamheidsaspecten

Biologisch

In de biologische veehouderij worden ook dieren gevaccineerd, net als in de gangbare veehouderij. Een aantal vaccinaties zijn voor alle dieren verplicht.

Dierenwelzijn

Vaccinaties worden meestal gegeven via een injectie. Met een scherp naaldje wordt een beetje vaccin ingespoten. Veel mensen weten hoe dat voelt, omdat ze zelf ook op deze manier weleens gevaccineerd zijn. Het voelt een kort ogenblik wat ongemakkelijk maar dat is alles. Sommige vaccinaties zorgen voor een lichte zwelling onder de huid die enkele dagen wat pijnlijk kan zijn. Maar erg is dat zeker niet.

Bij kippen worden nogal wat vaccinaties uitgevoerd door het vaccin te vernevelen in de stal of via het drinkwater toe te dienen. Bij de verneveling wordt het vaccin via de luchtwegen ingenomen.